Met de « Dulle Griet » naar de Wellness


 
         
     
     

Foto: Jean Claessens 2011 ©
De heer Marc Beyaert Archivaris KMS,
bezorgd om het welzijn van de
'DULLE GRIET', regelde een wellnesskuur.
     
 
Vooraf:

Hoewel ik sedert 1964 bezig ben met de geschiedenis van de bewapening in het Ancien Regime (voor 1789), ben ik mij vooral op de zware artillerie van de middeleeuwen gaan focussen vanaf 1992, toen ik als wetenschappelijk medewerker aan de Leerstoel Krijgsgeschiedenis van de KMS verbonden werd. Vanaf 1998 begonnen dan het daadwerkelijke onderzoek en de restauratie van de Dulle Griet, uiteraard met medewerking van de Prof. Hardy, van de Leerstoel Bouwkunde. Toen startte ik ook een eindeloze reeks intervieuws, voordrachten en rondleidingen.

Op 16 maart 1999 tilde de 4e Genie van Amay de Dulle Griet op en bracht ze voor verder onderzoek en restauratie over naar een loods in de St-Salvatorstraat te Gent; op 11.05.1999 bracht de 4e Genie de gerestaureerde Dulle Griet terug naar de Wannekensaard.

Op 04.06.1999 werd de (in het rood geverfde) Dulle Griet door burgemeester Frank Beke officieel onthuld.  
Samen met Zwitserse, Franse, Duitse, en ook Belgische specialisten zette ik in de jaren nadien het onderzoek verder.

Met vriendelijke groeten

Beyaert Marc


 
 
Foto: Marc Beyaert © -1-


 

Dulle Griet is een monumentale, smeedijzeren bombarde in de Vlaamse stad Gent.

Vanwege de oorspronkelijke rode kleur werd het kanon van oudsher ook groten rooden duyvele genoemd.

De bombarde stamt uit 1431 en werd waarschijnlijk vervaardigd door Jean Cambier, de grote wapenleverancier van de Bourgondische hertog Filips de Goede.

Ze werd in 1578 samen met ander wapentuig van Oudenaarde naar Gent gebracht om daar te worden gebruikt in de strijd tegen de Spanjaarden.

Of het kanon werd gestolen of gekregen is onduidelijk.

 
Foto: Marc Beyaert © -2-


 
 

Foto: Marc Beyaert © -3-


 
 
Foto: Marc Beyaert © -4-


 

Het kanon was met een lengte
van 5,025 meter en (volgens metingen van de Gentse stadsdiensten) een gewicht van 12.250 kg een voor de tijd ongewoon groot geschut.

Het oorspronkelijk gewicht is mogelijk tot 12.500 kg geweest, maar door de eeuwen heen is het totale gewicht door verroesting gedaald.

Volgens berekeningen die samen met de leerstoel bouwkunde, Prof. J.C. Hardy van de Koninklijke Militaire School zijn uitgevoerd is het maximale projectielgewicht zo'n 295kg!

De houten schragen waar Dulle Griet oorspronkelijk op rustte, werden in 1783 vervangen door versierde steunen van blauwe hardsteen.

Sinds 1943 is de Dulle Griet een beschermd monument.

Het pleintje waar het kanon zich op bevindt is Groot Kanonplein genoemd.


 
Foto: Marc Beyaert © -5-


 
 

Foto: Marc Beyaert © -6-

Een bombarde (van het Grieks bombos: gedreun, geraas)
of pothond is een belegeringswapen dat voor het eerst, in het Westen, in de 14e eeuw wordt gebruikt.
Het heeft de vorm van een holle cilinder die erg op een langwerpige ton verstevigd met ijzeren hoepels lijkt;
de bombarde wordt geladen via de loop. Later worden dergelijke wapens kanon genoemd.

Het wapen wordt op een massief houten blok geplaatst en vuurt projectielen van ijzer of steen af
die worden voortgestuwd door de kracht van het ontploffend buskruit.
Het laden van een bombarde neemt heel wat tijd in beslag en is niet zonder gevaar voor zijn bedieners.

Bron: WikipediA



 
 
Foto: Marc Beyaert © -7-
 
Foto: Marc Beyaert © -8-
 
 
Foto: Marc Beyaert © -9-
 
Foto: Marc Beyaert © -10-
 
Foto: Marc Beyaert © -11-
 
 

Foto: Marc Beyaert © -12-

Marc Beyaert verhaal verder: 'De Dulle Griet' is de grootste smeedijzeren bombarde van Westerse makelij,
die ons uit de Middeleeuwen bewaard is gebleven en die daadwerkelijk voor de oorlogvoering werd bedoeld. Ook voor die tijd was dit een vuurmond van ongewone grootte, die zo'n aanzienlijke technische en financiële investering noodzakelijk maakte, dat ze de mogelijkheden van zelfs de rijkste steden en lokale of regionale heren ver te boven ging.

Zware smeedijzeren bombardes werden in het Westen voornamelijk in de periode tussen 1370 en 1450 gebouwd volgens de methode van de kuipers. Zo bestaat de loop van de Dulle Griet uit 32 lange ijzeren staven of duigen, die met 42 gesmede hoepels worden samengehouden. Ook rond de dikke basismantel van de kruitkamer werden 19 hoepels gesmeed.

 
     
 
Foto: Marc Beyaert © -13-


 
Foto: Marc Beyaert © -14-


 
 

Foto: Marc Beyaert © -15-

Ook kan ik U meedelen dat het onderzoek op de vele monsters, die ik op de Dulle Griet bombarde liet nemen
tijdens de restauratie, nog steeds verder doorgaat in de laboratoria van de Koninklijke Militaire School in Brussel,
waar ik wetenschappelijk vorser ben.
Marc Beyaert
Archivaris KMS

 
         
 
Foto: Marc Beyaert © -16-
 
Foto: Marc Beyaert © -17-
 
 
Beide bovenstaande foto's tonen sporen van het gewichtsverlies van de 'Dulle Griet' veroorzaakt door inwerkende roest.


 
   
 
Foto: Marc Beyaert © -18-
Tweede van links de heer Marc Beyaert en Professor Jean-Claude Hardy van de Leerstoel Bouwkunde samen
met een detachement van het 4 Genie Bataljon die instonden voor een vlekkeloos verloop van het transport.


 
 
Foto: Marc Beyaert © -19-


  Foto: Marc Beyaert © -20-


 
 

Foto: Marc Beyaert © -21-
Hoor jij Clouseau ook zingen: "Daar gaat ze ...zoveel gratie heb ik nooit gezien ..."


 
 

Foto: Marc Beyaert © -22-

Aankomst in de 'Wellnesskliniek'

 
 
Foto: Marc Beyaert © -23-
 
Foto: Marc Beyaert © -24-
 
         
     

Foto: Marc Beyaert © -25-
 
Foto: Marc Beyaert © -26-
Merk op:
Het stuk tussen de bombarde en de spalkbalk was in een kunstmatig hars, rechtstreeks gegoten in een gietvorm op de bombarde; trouwens was het praktisch onmogelijk een houten stuk te vervaardigen dat perfect zou passen op de bombarde.
     

Foto: Marc Beyaert © -27-
 
Foto: Marc Beyaert © -28-
     
         
 
Foto: Marc Beyaert © -29-


 
 
Foto: Marc Beyaert © -30-


 
Foto: Marc Beyaert © -31-


 
 
Foto: Marc Beyaert © -32-


 
Foto: Marc Beyaert © -33-


 
 

Foto: Marc Beyaert © -34-
 
         
     

Foto: Marc Beyaert © -35-

Twee gaten worden geboord om er draadstangen in te steken voor het veilig verwijderen van de kunstharsbescherming.

 
Foto: Marc Beyaert © -36-
     

Foto: Marc Beyaert © -37-
 
Foto: Marc Beyaert © -38-
             
    De plaats waar het kanon staat wordt nu 'Groot kanonplein' genoemd. Dit was oorspronkelijk een aanlegplaats waar de goederen voor de Vrijdagmarkt gelost werden.
De meeste huizen in de buurt waren dan ook in origine pakhuizen.

Men noemde dit 'Ruggestuulsaard', naar een aanzienlijke patriciersfamilie die er een huis bezat. Maar de Gentenaars kenden het nog beter als 'Wannekensaard' - naar de
brouwerij 't Wannekin die er vlakbij stond.

Eind 19e eeuw was hier de markt voor plantgoed en zaden.
 
             
 


Jean Cambier bouwde later  kleinere tweelingzussen van de Dulle Griet,
de Mons Meg in het kasteel van Edinburgh in Schotland
en het Baselkanon (in het museum van de stad Basel te bewonderen).

Bron: http://www.belgiumview.com

   
 
Foto: Marc Beyaert © -39-

Bij de laatste restauratie heeft men het kanon in de originele kleur geschilderd: osserood.
Het kanon stond immers bekend als 'groten rooden duyvele'.
Tevens heeft men de loop dichtgemaakt met een plastic plaat.
Men wou voorkomen dat het kanon verder gebruikt werd als vuilbak.
Dit brak wel de traditie af van studenten die als weddenschap in het kanon kropen ...

 
TOP