ZONE F

Schietstand 15: Oorlogsvoorbereiding

Om de stand 15 te bereiken moest men voorbij
De Schelde richting wachtlokaal, via de éérste twee volgende inritten aan de rechterkant raakte men op
de parking.



Dé Vuurdoop door iedereen gekend!

1. De controletoren waar de Vuurleiding zich bevondt
2. De Vertrek-Loopgracht ruimte voor 50 personen
3. De ronde zwartestippen zijn de springstofputten (men kon er niet in, men moest er omheen)
4. De Aankomst-Loopgracht, daar mocht je even uitblazen (tot iedereen er was)
5. De 3 Machinegeweerhutten. De machinegeweren werden automatisch bediend en schoten in noord-oostelijke richting over het sluipend en kruipend peloton heen.
6. In dit magazijn kreeg iedere deelnemer een stalenhelm met een grote witte nummer ten behoeve van de vuurleiding als herkenning. Dit was nodig om veilgheidsredenen zodat de controletoren uitgerust met een zware geluidsinstallatie instructie kon geven aan de pelotons- en sectiecommandanten (die een gekleurde helm droegen) om hulp te bieden indien er iemand in nood was
.

Het verloop van de Vuurdoop in praktijk.



 
Dit overzichtsbeeld laat zien dat de standen 9 t.e.m. 15 betrekkelijk kort bij elkaar lagen.
     
 
1 (BE) KORPS - KAMP VOGELSANG - STAANDE ORDERS - UITGAVE 1990
 
     
 

 
     
 

 
     
 
 
     
 

 
         
         
Meestal kwam men met vrachtwagens naar de Vuurdoop wegens tijdwinst, want te voet was vanaf de blok Van Dooren toch zo ‘n 1,5 km. Op de parking was het verzamelen geblazen en kreeg men zoals gebruikelijk voor iedere schietoefening de nodige veiligheidsinstructies. Vervolgens werd dan de ‘RUN’ uit de doekjes gedaan. Iedereen op één rij naar het stalenhelmen magazijn [6], de Pelotonscommandant in het midden en de Sectiecommandanten verdeeld over het peloton. Minimaal 1 Onderofficier per 10 deelnemers. Als de vuurleiding in de controletoren [1] de baan vrij gaf, ging het peloton naar de vertrek loopgracht [2]. De loopgracht was tamelijk diep, men had dan een soort opstap voorzien (paaltjes met een plank erop) als hulpje om uit de gracht te kruipen. De vuurleiding gaf het bevel ‘Peloton maakt u klaar’. Iedereen plaatste een voet op het opstapje en een hand op de bovenste rondhoutenpaal om zich op te trekken.
Het afgesproken vertreksein was een fluitsignaal van de pelotonscommandant wanneer dit weerklonk verliet iedereen gelijktijdig de loopgracht.
En dan begon den oorlog!
Meteen bij het verlaten van de loopgracht moest men laag tegen de grond blijven en al sluipend zich naar de 100 m. verder gelegen aankomst loopgracht [4] begeven.
De geluidsinstallatie produceerde bulderende, knallende en ronkende geluiden, de 3 machinegeweren begonnen automatisch vanuit hun hutten [5] ratelende salvo’s af te vuren over de hoofden heen. Er werd daarbij daadwerkelijk oorlogsmunitie gebruik. Op ellebogen, knieën en voeten en met de neus bijna tegen de grond was het al sluipend een geschikt pad zoeken tussen omheinde springstofputten [3]. Natuurlijk wachtte de vuurleiding dat je ter hoogte was van zo’n springstofput om de TNT tot ontploffing te brengen. Ze trakteerden je dan met een hoop losse aarde op je donder. Is het de eerste keer dat je deze run uitvoert kan ik je verzekeren dat het je wat doet, dat getaktak en boem boem boven je hoofd en dan 100 m. sluipen, wat is dat ellendig ver. Het geweer in de plooi van je ellebogen, de stalenhelm die steeds afzakte voor je ogen, grrr! De adrenaline stroomde rijkelijk zij het van spanning of ergernis. Buiten adem viel je dan in de aankomst loopgracht. Naast je zat je makker eveneens wild te snuiven en hevig naar lucht te happen. De pelotonscommandant moest toezien dat iedereen aangekomen was alvorens hij weerom fluitend het vertreksignaal moest geven voor de ‘Aanvalsstormloop’. Idem dito als voorheen iedereen een voet op het opstapje en gelijktijdig uit de loopgracht springen als het snerpend fluitsignaal weerklonk. De 100 m. ‘Stormloop’ moest je snel al lopend overbruggen daarbij luidkeels oergeluiden produceren als afschrikmiddel voor de vijand. Nog hevig nahijgend verzamelen aan het magazijn om daar je stalenhelm in te leveren. Al slenterend keerde men terug naar de parking om dan hangend aan een sigaret de vreemde opgedane emoties te verwerken. Verdorie was dat een realistische imitatie van de oorlog! Ze noemen de schietstand 15 niet voor niets ‘Oorlogsvoorbereiding’.
Het anders zo luidruchtig en onstuimig peloton was er even stil van geworden.
De ‘Vuurdoop’ was achter de rug … het stemde tot nadenken.
Het grote lawaai keerde pas ’s avonds weer in de kantine, waar de ‘Vuur-gedoopten’ zich nu echt soldaat voelde en het vuur rijkelijk trachten te doven met bier en/of cider.

         
         

 

           
Vorige pagina
  INHOUD   Volgende pagina